Gisteren heb ik weer tuinvogels geteld. Een half uur lang. Net als vorig jaar. Het was een donkere druilerige dag. Net als vorig jaar.
Ik telde:
De merels scharrelen de hele dag tussen de bladeren op zoek naar wormen. Ik merk dat ze er zijn als ze schrikken en luid kwetterend wegvliegen.
Twee huismussen.
Vorige zomer waren er heel veel huismussen. Nu zie ik ze nog maar af en toe. Misschien biedt onze tuin niet genoeg beschutting in de winter.
Twee vinken.
Vinken zie ik ook alleen in de winter. Ze komen meestel in groepjes en zitten lange tijd stil in de magnolia of de esdoorn.
Er zijn heel veel kauwen bij ons in de buurt. Ze zijn er het hele jaar door. Soms zijn er wel tien tegelijk. Ik vind ze wel leuk. Behalve als ze ruzie maken.
Eén pimpelmeesje.
De pimpelmeesjes komen het hele jaar door op bezoek. Meestal zie ik maar één of twee tegelijk.
Eén koolmeesje.
De koolmeesjes zijn ook het hele jaar door aanwezig. Koolmeesjes zijn talrijker dan pimpelmeesjes.
De tortelduiven zitten meestal met z’n tweeën in de grote esdoorn. Ze zijn heel bescheiden.
De houtduiven zijn altijd als eerste aanwezig als er wat te eten is. Ze zijn mooi van kleur en makkelijk te fotograferen. Toch zou ik het fijn vinden als ze ergens anders gingen wonen. Want ze kunnen heel lomp over de tere planten heen waggelen.
Dertien vogels in een half uur. Dat is minder dan vorige jaren. Misschien komt het doordat het niet zo koud is dit jaar. Of misschien komt het door de harde wind. Wie zal het zeggen? Misschien heb ik wel niet goed opgelet.
NB.: De namen van de vogels worden niet allemaal goed vertaald. Maar de links verwijzen naar Arkive. Daar staan de juiste Engelse namen.