In juli 2019 hebben we alle grondels weggegeven. Ik schreef hier al eerder dat die vissen het te goed naar hun zin hadden in onze vijver. Om er zeker van te zijn dat er geen grondels waren achtergebleven, hebben we vervolgens de vijver helemaal leeg en schoon gemaakt. Het was een heel karwei. Of het kwam door die grote schoonmaak … we weten het niet. Maar begin dit jaar bleken alle shubunkin een schimmelinfectie te hebben. Uiteindelijk zijn ze allemaal overleden. Even overwoog ik om geen nieuwe vissen te kopen. Want hoe weet je eigenlijk of ze het wel naar hun zin hebben? Maar ik miste de vissen toch wel. Niets zo rustgevend als staren naar zwemmende vissen. Dus afgelopen zomer hebben we toch drie nieuwe shubunkin gekocht. Een vijver voegt zoveel toe aan de tuin. Kikkers en padden. Mos. Badende vogels. En het wemelt van de beestjes op de planten in en rondom de vijver. Vooral op de holpijp.
Afgelopen dinsdag zag ik Equisetum groeien in de Hortus Botanicus in Amsterdam. Ik was er met mijn zus (Sylvia) en mijn tante (Roos). Sylvia zei: ‘Hé, die plant groeit ook in jouw tuin!’ Er waren daar wel meer planten die ook in één van onze tuinen groeiden. Maar de Equisetum trok de aandacht. Omdat hij er niet zo florissant uitzag. Equisetum japonicum was één van de eerste planten in onze tuin. Ik kende holpijp uit boeken over Japanse tuinen. Er bestaan verschillende soorten equisetum, van de grote (Equisetum myriochaetum) tot de kleine (Equisetum scirpoides). Equisetum scirpoides heb ik ook heel even in de tuin gehad. Maar die had een onbedwingbare uitbreidingsdrang. Dus die heb ik vlug weer verwijderd. Equisetum vermeerdert zich via sporen of via ondergrondse uitlopers. En zoals veel planten met ondergrondse uitlopers, kan hij opduiken op plaatsen waar hij niet gewenst is. Equisetum japonicum is goed in toom te houden maar Equisetum arvense (heermoes) kan een ware plaag worden (zoals in de moestuin van tante Roos). Ik vond een Japans recept met heermoes, maar heb het niet geprobeerd. De Japanse holpijp vergt niet veel onderhoud. Alleen af en toe bruine takjes of ongewenste of geknakte stengels verwijderen. Wel eerst kijken of er geen leuke insecten op zitten.
Als op een plantenlabel staat: - groeit overal; - breedte onbeperkt; - vermeerdert zich door uitlopers dan weet je al dat het niet verstandig is om die plant te kopen. Vooral niet als je een kleine tuin hebt, zoals wij. Maar er zijn er nog veel meer planten met een sterke uitbreidingsdrang. Neem nou de Japanse holpijp (Equisetum japonicum). Die staat heel mooi naast de vijver. Maar als je niet uitkijkt, wandelt hij de hele tuin door. De gewone eikvaren (Polypodium vulgare) ziet er ook heel onschuldig uit. Maar die plant moet ook voortdurend in de gaten worden gehouden. Nu heb ik er weer niet goed opgelet. Ik zag een adelaars-varen (Pteridium aquilinum) bij het tuincentrum. Volgens het label kan hij 1,20 hoog worden en groeit hij overal. Ik las dat en dacht: ideaal. Ik zag de mooie nieuwe bladeren en dacht: die koop ik. Dom, dom, dom! Nadat ik hem had geplant, zag ik op het internet wat ik had gekocht. Ik las: "its invasive, weedy nature". En: "The rhizome can occasionally be very deep; cases of one meter are known." En ik dacht: aargh!!! Dus nu heb ik hem verplaatst naar een plek waar tot nu toe niets wilde groeien. Kijken of hij werkelijk overal groeit.
|
Categories
Alles
Archives
December 2023
|